Background Article
Car Men 2006 Background Article
Dansen tussen bruinkoolmijnen Door onze redacteur Joyce Roodnat (NRC 16-12-2006)
Choreograaf Jirí Kylián maakte met filmer Boris Paval Conen in Tsjechië een gedurfde uitvoering van Bizets opera ‘Carmen’. „Ik voelde me een vlo in een zandbak.” Den Haag, 16 dec.
Dansen tussen bruinkoolmijnen Door onze redacteur Joyce Roodnat (NRC 16-12-2006)
Choreograaf Jirí Kylián maakte met filmer Boris Paval Conen in Tsjechië een gedurfde uitvoering van Bizets opera ‘Carmen’. „Ik voelde me een vlo in een zandbak.” Den Haag, 16 dec.
Choreograaf Jirí Kylián laat een fotootje zien: „Zo begon het, met de Tatra.” Op de foto staan hijzelf en filmer Boris Paval Conen aan de rand van een boerenveld. Ze leunen tegen een auto. Een wrak, en nóg betovert zijn afgeronde vorm. Het is een Tatra 87. Uit 1936, vertelt Kyliàn. Tsjechisch design. Tsjechoslowakije werd door het IJzeren Gordijn gereduceerd tot onderdeel van „het blok tussen Neurenberg en Seoul”, maar zijn land, benadrukt Kyliàn, was een van Europa’s voortrekkers op het gebied van industrieel ontwerp: „De Tatra was de eerste aerodynamisch vormgegeven auto ter wereld. Zie je die vin achterop? Hij had drie koplampen en achterin zat een luchtgekoelde motor. In Praag was het een heel gewone auto, als jongen zag ik ze rijden. Altijd zwart. Behalve de dure versie, die was zilver.”
In Car Men, een film van Conen en Kylián, speelt een Tatra, zwart en glanzend, de Car. Hij is een stier, een meester, een lustobject. Een wezen naar Carmens hart. Kyliàn: „De Tatra domineert, maar zij kan hem berijden.” Kyliàns Carmen wordt gedanst door Sabine Kupferberg en die doet niet in doorsnee femmes fatales. In haar wordt Carmen een geraffineerde clown die haar charme inzet als bom, haar lichaam als dwaallicht en haar knipoog als stiletto. Ze is de vijftig gepasseerd, net als haar drie collega’s. Het maakt hen des te weergalozer in een door mijnbouw verwoest landschap. „Carmen is een vrouw die niet ophoudt naar hartstocht te zoeken; ze blijft jagen op iets dat ze niet kan vangen, net als elke kunstenaar”, zegt Conen. „Carmen is een raadsel als het leven zelf”, zegt Kyliàn. ,,Ze verdraagt alles, maar geen verveling. Ze volgt haar bloed, desnoods ten koste haar leven. Ze is kwetsbaar. Maar dat mag niemand zien.” „Carmen krijg je niet stuk”, zegt componist Han Otten. Hij herinterpreteerde George Bizets opera Carmen op basis van de klanken van sloopmetaal en de allereerste opname van Carmen, uit 1908.
Zes jaar terug maakte Jirí Kyliàn de woordspeling ‘Car Men’, omdat de eerste scène van de opera Carmen hem deed denken aan botsende auto’s in oude lachfilms. „In het Filmmuseum bekeek ik kilometers zwijgende film met car crashes. Ik ben dol op die films, ik ben verslaafd aan Chaplin, Buster Keaton, Harold Lloyd. Tsjechen houden van grappen, anders hadden we de Oostenrijkers, Hitler en Stalin niet overleefd. Ja, dans en slapstickfilms zijn verwant, maar dat ontdekte ik pas later: de bewegingen vertellen, het gesproken woord speelt geen rol, de muziek heerst.” Het bleef bij een idee, tot Boris Conen aan Kyliàn voorstelde samen een film te maken. Kyliàn dook zijn Carmen-idee op: de opera gedanst door vier dansers op een autokerkhof, met de zwijgende slapstickfilm als uitgangspunt. En met de Tatra, „dat was echt een kronkel van Jiri”. Van dat autokerkhof werd al snel afgezien: veel te opgeruimd, veel te netjes, zelfs in Tsjechië. Er werd gekozen voor de „treurige schoonheid” (Kyliàn) van de Tsjechische bruinkoolmijnstreek. Conen: „Het is er mooi en wreed. En groot, ik voelde me een vlo in een zandbak.”
Kyliàn ontwierp de dans ter plaatse op basis van muziek die Han Otten al geschreven had. De dagelijkse repetities werden vastgelegd, Conen e-mailde het materiaal uit Tsjechië naar Otten, die de muziek zo nodig aanpaste, aanvulde en terugmailde. Otten: „Ik had de muziek zonder beelden geschreven, ik voer blind op het scenario. En verrek: toen ik die beelden terugkreeg, beantwoordde dat aan wat ik in mijn hoofd had. De thema’s van Carmen zitten diep in ons collectieve muziekgeheugen. Iedereen herkent ze, ook met sloopmateriaal en autogeluiden, zoals het verglijdende geluid van een voorbijrijdende auto. Als ritme heb ik de stationair draaiende motor van een Tatra gebruikt. Slapstick vereist steun van de muziek voor alle effecten.” En toen kon er echt gefilmd worden.
Eerst met temperaturen van 40 graden in de schaduw, toen in de koudste augustus die Tsjechië sinds 1962 meemaakte. Al het beeld werd versneld of vertraagd, omdat de basis de oude slapstick was, maar ook, zegt Kyliàn, omdat dit een betoog is „over, tijd, snelheid en leeftijd. En over enorme emoties. Carmen sterft liever dan dat ze oud wordt. Zo krijg het gegiechel een spiegelbeeld, een rücksichtslose kant.” Conen: „Car men toont mensen die hun jeugd opnieuw beleven, met behoud van hun levenservaring. De film gaat ook over oudere dansers: hun lichaam wordt ouder, hun geest blijft jong, die zit gevangen in dat lichaam.” Het is verbazend hoe evenwaardig film, choreografie en muziek in Car Men zijn.
„Ik ben de dromer, Boris krijgt alles voor elkaar. Hij was de baas op de set. Ik ben mijn hele leven een baas geweest, daarom ben ik de volmaakte slaaf”, verklaart Kyliàn. „Han Otten beïnvloedde ons gigantisch”, benadrukt Conen. Otten: „Het scenario van Boris Conen was een baken.” Kyliàn: „Het enige ego was de film.” De Tsjechische choreograaf Jirí Kyliàn (foto) woont en werkt sinds 1973 in Den Haag, bij het Nederlands Dans Theater, waar hij vele legendarische balletten schiep. Zijn muze is de danseres Sabine Kupferberg. Hun samenwerking culmineerde in het Nederlands Dans Theater III, dat zich toelegde op het gerijpte podiumtalent van dansers van boven de veertig.